Als inleiding kunt u de klas vertellen over een gezin dat naar Frankrijk op vakantie gaat. Ze willen in hun vakantie graag wandelen, zonnen en naar de bioscoop. Aangekomen op hun camping blijkt dat de dichtstbijzijnde bioscoop 25 km weg is, dat het dal veel te steil is om te wandelen en het strand vol stenen ligt. Hadden ze zich niet beter kunnen voorbereiden door van te voren eens op een kaart van de omgeving te kijken? Na deze korte inleiding over het belang van kaarten vormt u groepen van twee of drie leerlingen om met een nieuwe opdracht aan de slag te gaan. Voor elk groepje hebt u een werkblad nodig en een kopie van de betreffende kaart. In de voorbeeldopgave hier betreft het een Duitse topografische kaart van Lauffen aan de Neckar en omgeving in Zuidwest Duitsland, TK 50, Blatt L 6920. Bovendien krijgt elk groepje zes plakpijltjes die beschreven kunnen worden, bijvoorbeeld Post-it-indexpijlen.